Het begrip robotmelken

Robotmelken is een belangrijke schakel in de voedselketen die door Lely wordt gedefinieerd als "van gras tot glas". Het managen van een bedrijf met melkrobots vraagt om een andere aanpak dan bij conventioneel melken. Als leider op het gebied van volledig geautomatiseerd melken beschikt Lely over jarenlange praktijkervaring en onderzoeksresultaten die het bedrijf in staat stellen een nauwkeurig managementadvies te geven voor succesvolle robotmelken.

  • milking
19 sep09:08

Het begrip robotmelken

cows walking in and in front of Lely Astronaut milking robot

De melkrobot levert koe-gerelateerde informatie die in een conventionele situatie niet te verkrijgen is, waardoor het in de huidige situatie mogelijk is om dieren op individueel niveau te managen. Management by exception is de nieuwe uitdaging. Het idee is dat het management zijn kostbare tijd moet besteden aan het concentreren van de koe die aandacht nodig heeft. Verder wordt het concept van de 'License to produce' geïntroduceerd, gericht op duurzame zuivel boeren met respect voor people, planet en profit. Met de melkrobot is het mogelijk om een individuele koe te voorzien van haar behoeften voor een optimale gezondheid, productie en welzijn, zonder de extra arbeid. De basis van een succesvolle melkvee boeren is de gezonde en gelukkige individuele koe.

Procedure voor het opstarten

Voorafgaand aan de overgang van conventioneel naar robotmelken is het van groot belang om goed na te denken over wat dit voor jouw bedrijfsmanagement betekent. De robot zal een centrale plaats innemen in de nieuwe situatie en het management moet hierop worden aangepast. 

Voorbereiding

In de voorbereidingsfase is het aan te raden om meerdere boerderijen van dezelfde grootte en met hetzelfde type stal te bezoeken, om een goed beeld te krijgen van de manier waarop robotmelken werkt en wat daar qua bedrijfsmanagement bij komt kijken. De ervaring van collega-melkveehouders is een belangrijke hulp bij het succesvol introduceren van de melkrobot in de boeren processen. Een goed doordachte (schriftelijke) strategie is essentieel in de gehele voorbereidingsfase: deze moet bestaan uit een huisvestingsplan, een gedetailleerd plan over dagelijkse, wekelijkse en maandelijkse werkroutines, koeroutines en koe- en boerenroutes. Het hele project moet passen in een langetermijnstrategie, dus elke stap moet grondig worden geëvalueerd: waar zullen je koeien behandelen, koeien droogzetten, enz. 

In deze fase raden we aan om ook aandacht te besteden aan de volgende aspecten: 

  • Formuleren en opschrijven van doelen voor het introduceren van de robots, en deze terugkijken in de maanden na de introductie. 
  • Overweeg de voeren strategie (zie hoofdstuk 3). In veel gevallen moeten de gewassen en pellets worden klaargemaakt om in de robot te worden gevoerd, vooral op plaatsen waar tot nu toe alleen Total Mixed Ration (TMR) wordt gebruikt. 
  • Geschiktheid voor koeien om in de robot te worden gemolken: uiers schroeien, lange haren van de staart knippen, klauwgezondheid optimaliseren, enz. 
  • Fok koeien op zo'n manier dat je minder gekruiste spenen of uitstekende voorspenen krijgen. 
  • Bereid het managementprogramma op tijd voor en begrijp het, om stress te voorkomen.

Stalindeling

De locatie van de Astronaut melkrobots moet zorgvuldig worden gepland voor de juiste koe-routing in de stal. De robotruimte moet altijd een schone ingang hebben. De robots moeten goed zichtbaar en goed bereikbaar zijn voor alle koeien. Dit betekent veel ruimte rondom de robot en een duidelijke, rechte routing van en naar de robots. Zeker in een stal met meer robots is het belangrijk dat inkomende en uitgaande koeien elkaar niet kruisen. Meer informatie over stalbouw vindt u in de brochure 'Stalontwerp voor robotmelken' of door contact op te nemen met jouw lokale Lely Center.

Opstarten

Bij het starten met robotmelken is het aan te raden om te beginnen met 50-60 koeien per robot en de groep in twee subgroepen te verdelen. De eerste drie dagen worden de koeien drie keer per dag in de robot gelokt. Dit moet op een zeer Calm en geduldige manier gebeuren, om te voorkomen dat de koeien een negatieve associatie met de robot krijgen. Binnen deze drie dagen gaat doorgaans 75% van de koeien zelf naar de robots, waarna de routing hekken kunnen worden verwijderd. Laat de koeien los (vrij koeverkeer) en haal de koeien op die een melkinterval van meer dan 10 uur hebben, vier keer per dag. Het aantal keren dat de koeien worden opgehaald, wordt geleidelijk teruggebracht tot twee keer per dag, waarbij alleen de koeien worden opgehaald met een melkinterval van meer dan 12 uur (of meer dan 10 kg (22 lbs) melk). Bijlage 1 bevat een instructiekaart, die de procedure van de eerste dagen van de opstart beschrijft. 

Deze opstartprocedure verkort de wachttijden en zorgt voor een goede inname van droge stof (DM) en water. Te snel te veel koeien verzamelen resulteert in koeien met een lage rangorde die wachten tot ze worden opgehaald. Deze koeien zullen de robot als een drukke en gevaarlijke plek beschouwen. Daarom zullen ze wachten tot ze door de boer worden opgehaald. Dit benadrukt hoe belangrijk het is om de eerste weken Calm en geduldig te blijven en de instructies voor het verzamelen van koeien op te volgen. 

Lely adviseert om de eerste dagen minimaal twee personen per robot beschikbaar te stellen om de koeien te begeleiden en de X-link aan te sturen. Na twee of drie dagen is het voldoende om één persoon per robot te hebben. 

Organiseren van het tijdschema 

Het dagelijkse tijdschema van de boer verandert wanneer de robots op de bedrijf worden gebruikt. De boer hoeft de koeien niet meer twee of drie keer per dag te melken. Dit verandert de routines die vast zijn komen te zitten in de dagelijkse gang van zaken van boeren. De melkrobot geeft boeren de mogelijkheid om de koeien in hun eigen omgeving te observeren. De monitoring wordt vereenvoudigd en abnormaal gedrag van dieren wordt gemakkelijk opgemerkt. 

Wijzigingen in de tijdsplanning: 

  • Andere, flexibele werktijden omdat vaste melktijden verleden tijd zijn. 
  • Flexibeler werkschema. 
  • Kortere werktijden dankzij efficiënt beheer. 
  • Pieken in dagelijkse taken worden gemakkelijk opgevangen door de vrijheid die de robot krijgt bij het melken. 
  • De gewonnen tijd kan worden gebruikt buiten de bedrijf en/of voor het beheer van individuele dieren.

Cow getting milked by Lely Astronaut milking robot

Vrij koeverkeer 

Met vrij koeverkeer zijn de koeien vrij om door de stal te bewegen, van de voerhek naar de robot, de ligboxen en drinkbakken zonder gehinderd te worden door hekwerk of selectiepoorten. Ervaringen en observaties van vele boerderijen over de hele wereld laten zien dat vrij koeverkeer de basis is voor succesvolle robotmelken. Het helpt de winstgevendheid te verhogen door een optimale productie door gezonde koeien.  

Bezoekgedrag 

Voor een goed bezoekgedrag van de koeien moet de robot goed bereikbaar zijn. Ten eerste betekent dit dat er voldoende vrije tijd op de robot moet zijn (minimaal 10%) zodat een koe de robot kan betreden wanneer ze maar wil. Vrije tijd betekent de tijd dat de robot vrij toegankelijk is (de deur staat open). Als er minder vrije tijd is, zullen vooral laaggeplaatste schuchtere dieren niet genoeg worden gemolken, simpelweg omdat ze de kans niet hebben, of bang zijn om dat te doen. Dieren die niet minstens twee keer per dag worden gemolken, hebben een verhoogd risico op uiergezondheid problemen. 

Ten tweede is de ruimte voor en rond de robot van cruciaal belang om voldoende bezoeken aan de robot te realiseren. Dit gebied is het drukste deel van de stal, dus eventuele obstakels zullen koeverkeer verstoren en het bezoek aan de robot verminderen. Op een bedrijf met 120 koeien op twee robots met 3 melkingen en 1 weigering per dag betekent dit 120x4 = 480 koepassages voor de robots. Voor een goede toegankelijkheid moet de robot overal in de stal zichtbaar en gemakkelijk te bereiken zijn. 

Andere Farming Insights